Mijn Persoonlijke verhaal
Op de middelbare school was ik fel tegen roken. Soms bietste ik expres een sigaret van iemand, gooide die op de grond en zei: “Dit is slecht voor je.”
Toch weet ik nog precies wanneer ik mijn eerste sigaret ,eigenlijk een sjekkie, rookte. Ik had mijn eerste vriendje, op wie ik stapelverliefd was. Hij stond op het punt het uit te maken. Hij belde vanuit Amsterdam en zei dat hij naar me toe zou komen om te praten. Dat deed hij niet vaak, dus ik wist meteen dat het niet goed zat.
Hij hield niet van rokers. Terwijl ik in de woonkamer zat, zag ik de shag van mijn moeder op tafel liggen. Plots dacht ik: “Weet je wat? Ik ga nu een sjekkie roken, juist omdat hij er niet van houdt.”
Ik draaide dat sjekkie, precies zoals ik mijn moeder dat had zien doen. Ik likte het vloeitje dicht, stak hem aan en nam hoestend mijn eerste trekjes. Het smaakte vreselijk. Toen mijn vriendje arriveerde, pakte ik demonstratief dat sjekkie weer op. Ik deed alsof ik rustig zat te roken. En ja, hij maakte het uit.
Mee-roken
Niet veel later rookte ik af en toe een sigaret. Soms kreeg ik er een van een medestudent, soms vroeg ik er zelf om. Je mocht toen nog binnen roken, zelfs in de kantine of klas. Ergens schaamde ik me ook voor het roken maar ik stond er niet bij stil.
Jarenlang rookte ik nauwelijks, ik was meer een gezelligheidsroker op feestjes of bijzondere gelegenheden. Rond mijn dertigste veranderde dat. Ik begon vaker te roken, ook buiten feestjes om. Roken werd meer en meer een dagelijkse gewoonte.
Mijn lichaam veranderde
De schaamte voor roken werd steeds erger daarom rookte ik alleen nog thuis. Weinig mensen weten dan ook dat ik überhaupt gerookt heb. Eigenlijk vond ik het verschrikkelijk, maar ik kon niet stoppen.
Na mijn veertigste merkte ik dat mijn lichaam veranderde. Ik kreeg paniekaanvallen, hartkloppingen, nachtzweten en hitte aanvallen en vreemde lichamelijke klachten. Pas later begreep ik dat dit door de overgang kwam. De sigaret hielp hier absoluut niet bij.

Ik voelde dat ik mezelf letterlijk aan het kapotmaken was. Iedere keer dat ik er een opstak, trok er een golf van angst door mijn lijf. Toch bleef ik roken. In mijn hoofd gaf het me ontspanning, dacht ik.
De sigaret werd mijn vaste gezelschap. In tijden van stress zocht ik rust in een sigaret en een glas wijn (maar dat is weer een ander verhaal). Ik verdoofde mezelf en rookte steeds meer. Telkens zei ik tegen mezelf: “Morgen stop ik écht.” Maar morgen kwam nooit.
Ik heb van alles geprobeerd
Mijn lichaam schreeuwde naar me dat het die troep niet meer wilde, maar ik luisterde niet en ging gewoon door. Rond mijn negenenveertigste besloot ik dat ik écht wilde stoppen. Ik heb meerdere stoppogingen gedaan, maar langer dan een week volhouden lukte me niet.
Wanneer ik stopte werd ik gek. De zenuwen gierden door mijn lijf en ik liep figuurlijk tegen de muren op. Ik probeerde van alles: pleisters, pillen, noem maar op. Ik kocht klei en andere handspelletjes om mezelf af te leiden en veranderde zelfs mijn rookplek. Toch had ik die plek in no-time weer ingericht alsof er niets gebeurd was. En zo stond ik opnieuw, in weer en wind, altijd buiten te roken.
Turning point
Op een bepaald moment keek ik terug op mijn leven. Ik realiseerde me dat ik niet de persoon was die ik wilde zijn.
Ik begon aan een opleiding Mindfulness en Compassie, omdat ik meer rust wilde. Daar leerde ik mindfulness, meditatie en compassie voor mezelf. Ik leerde meer van mezelf te houden. En juist hier begon de verandering: wanneer je echt van jezelf houdt, geef je jezelf geen gif.
Ik realiseerde me dat ik rookte om mezelf zogenaamd te belonen met ontspanning. Maar in werkelijkheid beloonde ik mezelf steeds met een beetje gif.
Omdat ook mijn coachhart weer harder ging kloppen, startte ik met een opleiding Hypnose coaching. Daar leerde ik dat stoppen met roken geen kwestie van wilskracht is, maar van mindset. Verander je gedachten en je brein en daarmee verander je je gedrag.
Langzaam groeide de wens om anderen te helpen. Maar ik wist: als ik anderen wilde begeleiden, moest ik eerst mezelf bevrijden. Ik had al belangrijke stappen gezet.
Ik begon van mezelf te houden en ik wilde mijzelf niet meer vergiftigen, Ik had inzicht dat het geen wilskracht is maar mijn onderbewuste en ik wist dat mijn onderbewuste deze gewoonte vasthield omdat het altijd een positieve intentie heeft voor mij. Ik moest er nog even achter komen wat die positieve intentie was.
Hoe wilde ik anders zijn?
Als ik van het roken af wilde komen, moest ik eerst begrijpen waarom ik het deed. Wat kreeg ik ervoor terug? Waar deed ik het voor? Dat inzicht zou me helpen op de rails te blijven wanneer ik met stoppen zou beginnen.
Ik schreef voor mezelf mijn doelen op?
Ik wilde vrij zijn, los van die sigaret en weer zelf de controle over mijn leven hebben in plaats van dat de sigaret die controle had. Ik wilde vrij kunnen ademen. Ik wilde me gezond voelen én gezond zijn. En ik wilde trots zijn op mezelf.
Toen ik dit eenmaal helder voor ogen had, besefte ik ook dat het belangrijk was om mild voor mezelf te blijven. Als ik tijdens mijn stopproces toch weer een sigaret zou roken, zou er altijd een nieuwe dag komen waarop ik opnieuw kon stoppen.
Mijn reis naar een leven als niet-roker
Ik leerde dat er drie fases zijn in het rookproces: eerst denk je aan roken, vervolgens ontstaat er een innerlijke strijd en uiteindelijk steek je er één op. Die eerste gedachte aan roken duurt maar negentig seconden, daarna gaat hij vanzelf voorbij. Hoe vaker ik die negentig seconden kon overbruggen door mijn aandacht ergens anders op te richten, hoe minder ik zou roken. Elke sigaret minder was voor mij een stap vooruit in mijn reis naar een leven als niet-roker.
Ik had mezelf daarom aangeleerd dat, wanneer ik trek kreeg in een sigaret, ik tegen mezelf zei: “Linda, je mag roken, maar wil je het ook?” Roken is een keuze en nu koos ik voor niet-roken.
Vanaf het begin had ik ook een concrete datum voor ogen: op 1 december wilde ik een niet-roker zijn. Ik besloot mezelf niet gek te maken. Uit eerdere stoppogingen wist ik dat de focus op stoppen mijn rookdrang vergrootte en dat wilde ik deze keer voorkomen. Het woord “moeten” verving ik door “mogen” en dat maakte al een wereld van verschil.
Elke avond, vlak voor het slapen, luisterde ik naar een zelfhypnose om te stoppen met roken. Ik sloeg geen dag over. Het was ook een slaaphypnose, dus ik viel heerlijk in slaap. Zo heb ik 31 dagen lang onafgebroken geluisterd, dag na dag.
Mijn leven als niet-roker
Ik ontdekte dat mijn onderbewuste het roken ooit had gekoppeld aan de positieve intenties: veiligheid en kracht iets wat ik nodig had toen mijn eerste vriendje het uitmaakte. Maar nu had ik dat niet meer nodig. Dat inzicht maakte me vrij.
Stap voor stap begon ik minder en minder te roken. Ik had er gewoonweg geen behoefte aan en op 1 december was ik een niet-roker. Het is bijzonder om te merken dat, wanneer je brein weet dat het veilig is, je gedrag automatisch verandert.
Vandaag voel ik me gezond, trots en weer volledig in controle over mijn leven. De sigaretten die nog ergens in een la liggen, doen me niets. Ik heb de cirkel doorbroken.

Nu begeleid ik anderen die écht willen stoppen met roken. Met hypnotherapie en mindful coaching help ik je naar een leven als niet-roker.
Ik weet hoe moeilijk het kan zijn, maar ik weet ook dat achter iedere roker een niet-roker schuilt die niets liever wil dan weer de controle over haar leven terugnemen.
Wil jij ook eindelijk stoppen met roken? Heb jij er écht genoeg van? Jij kan een trotse niet-roker zijn. Niet op basis van wilskracht maar op basis van mindset. Ik help je graag in dat proces.